Zaandijk Bouwt! Rode Buurt
Door: Albert Groothuizen
Zaandijk bestaat stedenbouwkundig uit twee delen: het oude Zaandijk, ontstaan vanaf de Lagendijk tot aan het spoor en Rooswijk ‘over het spoor’. Albert Groothuizen neemt u in een reeks artikelen mee op een denkbeeldige wandeling ‘kriskras’ door de bouwhistorie van Zaandijk.
Oud Zaandijk is een architectonische aaneenschakeling van verschillende buurten. In de animatie ‘Ontstaansgeschiedenis’ is dat treffend in vogelvlucht te zien. Eerder werd in Zaandijk Bouwt! aandacht besteed aan Plan Donker. In deze aflevering gaan we verder terug in de tijd en belichten de 100-jarige Rode Buurt.
Verleden, heden en toekomst van de Rode Buurt
Oorsprong: De Woningwet
De Woningwet van 1901 -ingediend door onder meer de minister van Binnenlandse Zaken mr. Goeman Borgesius- had tot doel om ‘krotbebouwing’ tegen te gaan, sociale woningbouw te stimuleren én het verplichtte de gemeenten om voor stenen nieuwbouw -houtbouw werd verboden- een stedenbouwkundig plan te maken. De Rijksoverheid stelde gemeenten kredieten in het vooruitzicht voor de bouw van sociale huurwoningen (Woningwetwoningen) en voor de aankoop van bouwterreinen door “toegelaten verenigingen zonder winstoogmerk”. In het hele land schoten woningbouwverenigingen als paddenstoelen uit de grond.
Elke woningbouwvereniging had tot doel om sociale huurwoningen te bouwen en te verhuren aan de leden. De heersende verzuiling zorgt voor een breed scala aan verenigingen in alle gemeenten in Nederland, dus ook in de Zaanstreek. Voorbeelden in deze regio zijn verenigingen voor katholieken (Leo XIII in Zaandam en Sint Antonius in Wormerveer) en voor protestanten (Patrimonium in Zaandam en in Krommenie). Door de vele industrie in alle dorpen werden ook veel verenigingen opgericht voor en door arbeiders, zoals De Volkswoning in Krommenie, De Woning en De Arbeid in Koog aan de Zaan, Goed Wonen in Zaandam en in Wormerveer en ZVH van medewerkers van houthandel William Pont in Zaandam. Het Westzaan Belang werd door notabelen opgericht.
Sociale woningbouw in Zaandijk
In Zaandijk werd er niet direct een woningbouwvereniging opgericht. Woningbouw in Zaandijk bleef nog een zaak van particulier initiatief. De gemeente wendde zich op 28 maart 1918 tot de Amsterdamse “in 1909 door eenige belangstellende heeren opgerichte” Bouwmaatschappij ‘Nieuw Leven’ met het verzoek om de bouw van woningen ter hand te nemen op het land van Haremaker, ten noorden van de Parkstraat. De Bouwmaatschappij stelde begin juli 1918 voor om het landje te bebouwen met acht arbeiderswoningen voor mensen met een weekloon van minder dan 22 gulden en vier luxere woningen voor ‘notabelen’. De gemeente verleende aan ‘Nieuw Leven’ voor de bouw van de woningen een voorschot van 107.155 gulden.
Het voorstel van ‘Nieuw Leven’ loste de woningnood natuurlijk niet op. Een groep (boze) Zaandijker arbeiders “slaan zelf de hand aan den ploeg” en op 7 april 1918 richten zij -op initiatief van de heren D. Bakker en S. van Hoorn- een woningbouwvereniging op: de Woningbouwvereniging ‘Zaandijk’. Direct vraagt ‘Zaandijk’ een voorschot aan de gemeente om 61 woningen te bouwen. Aangezien de nieuw geïnstalleerde gemeenteraad in meerderheid uit SDAP’ers bestaat, komt er snel schot in de zaak. Op 9 september 1918 gaat de gemeente tot koop over van de landerijen van Gerrit Schipper en Pieter IJff “ten behoeve van de volkshuisvesting en uitsluitend voor woningbouwverenigingen”.

De woningbouwvereniging ‘Zaandijk’ krijgt op 16 december 1918 een voorschot van de gemeente voor het bouwen van 61 woningen en op 11 juni 1919 nog eens 445.000 gulden voor de aankoop van bouwgrond en voor de bouw van uiteindelijk 63 woningen én een winkel. Ondanks ambtelijk gekissebis over de kredietverstrekking, kan de realisatie van de Rode Buurt in 1920 van start!
Architectuur
Voor het ontwerp van de woningen schakelde ‘Zaandijk’ het Amsterdamse architectenduo Zeeger Gulden en Melle Geldmaker in. Gulden was architect én raadslid voor de SDAP, waardoor hij veel projecten met sociale woningbouw binnenhaalde. In sommige gevallen omdat hij ook nog betrokken was bij de oprichting van de betreffende woningbouwvereniging. Kortom, een wat we noemen ‘ondernemende’ architect.
Geldmaker was de praktische man en de tekenaar. Samen met architect Van der Mey maakten ze in de periode 1910-1930 veel ontwerpen voor woningen in met name Amsterdam. Hun voor die tijd efficiënte plattegronden (met toilet!) maakten hen gewild om opdrachten aan te verlenen. Hun stijl is herkenbaar als een ‘sobere’ versie van de Amsterdamse School. De woningen in Zaandijk werden echter voor arbeidersbegrippen ‘rijk’ ontworpen en vormgegeven: mansardekappen met rode pannen, dubbelhoge erkers, gedetailleerd metselwerk en ‘moderne’ tuindeuren.
Elders in de Zaanstreek zijn ook ontwerpen van Gulden en Geldmaker terug te vinden: de Klaas Katerstraat en het Hahnplantsoen in Zaandam en de Bloemenbuurt in Koog aan de Zaan.
Op 30 juli 1920 gaat de bouw in Zaandijk van start. Ondanks (forse) budgetoverschrijding, mede door de stijgende materiaalprijzen, worden de eerste van de 75 woningen én een winkel van ‘Nieuw Leven’ en ‘Zaandijk’ een jaar na de start van de bouw feestelijk in gebruik genomen.
In de tien jaren daarna worden er woningen bijgebouwd en krijgt de buurt de omvang en het uiterlijk, zoals tegenwoordig te zien is. Het grootste deel van de buurt bestaat nog steeds uit huurwoningen, maar er zijn inmiddels ook tientallen woningen in particulier bezit.

Thans: koopwoningen (links) en huurwoningen van Parteon Woningcorporatie (rechts)
Straatnamen
Aan B&W van Zaandijk werd voorgesteld om de straten te vernoemen naar socialistische voormannen. Deze naamgeving stuitte echter op bezwaren in de toenmalige gemeenteraad. Raadslid Kleiman beschuldigde de linkse meerderheid in de raad van misbruik van haar tijdelijke overwicht in de raad. Mede-raadslid Bakker van de socialistische meerderheid vond dat de straten best naar socialisten mochten worden vernoemd, want “de sociaal-democraten staan veel hooger dan de burgerlijke partijen en het nageslacht mag best weten dat de arbeidersklasse aan het roer is geweest.” Het voorstel werd aangenomen met één stem tegen, die van raadslid Kleiman. En zo kregen de straten de namen van vijf socialistische voormannen*: Domela Nieuwenhuisstraat, Goeman Borgesiusstraat, Karl Marxstraat, P.L. Takkade en Talmastraat. De buurt werd oorspronkelijk het Rode Dorp genoemd vanwege (officieel) de rode daken. Dat het ook de ‘huiskleur’ van de socialisten was, was (vermoedelijk) geen toeval.
Toen en nu: Karl Marxstraat en Goeman Borgesiusstraat (met buurtwinkel)
De toekomst
In de jaren ‘80 ontstond de noodzaak om de woningen te verbeteren vanwege de bouwkundige staat. Vooral vocht was een bron van klachten voor het binnenklimaat en voor de houten vloeren. Door in de gevel extra ventilatie aan te brengen, werd vochtoverlast tegengegaan. Ook werd, heel efficiënt doch niet zo fraai, veel kunststof beplating aangebracht om regelmatig schilderwerk te voorkomen. De woningen werden ouder en de eisen werden scherper, zowel in het praktische gebruik van woningen als in de energiebesparing. Door verzakking waren een aantal woningen zelfs onbewoonbaar, en inmiddels gesloopt. Na jarenlange discussie is afgelopen jaren een keuze gemaakt door Parteon Wooncorporatie voor de toekomst van de Rode Buurt.
Parteon en de gemeente Zaanstad hebben, mede door toevoeging van de Rode Buurt aan de Erfgoed Deal van de Rijksoverheid**, gekozen voor het grotendeels behouden van de huurwoningen in de Rode Buurt, waarbij de buurt het verhaal van het verleden vertelt, maar ook een duurzame toekomst tegemoet gaat. Dit betekent dat:
- 70 woningen (aan de Karl Marxstraat, Goeman Borgesiusstraat en de P.L.Takkade) een ‘hoogniveau-renovatie’ krijgen. Deze woningen gaan minimaal naar energielabel A en worden voorzien van hedendaagse voorzieningen, denk hierbij aan vloerverwarming. Ook kunnen huurders kiezen voor zonnepanelen.
- 26 woningen aan de Domela Nieuwenhuisstraat vervangen worden door 24 nieuwe eengezinswoningen welke B.E.N.G. zijn, dat wil zeggen Bijna Energie Neutraal Gebouw. De woningen worden gasloos gemaakt, worden heel zuinig in verbruik en krijgen zonnepanelen op het dak. Hierdoor worden de woningen bijna energieneutraal.
Het ontwerp van de nieuwe woningen is van Hooyschuur Architecten in Wormerveer.
Maquette van de nieuwe Rode Buurt
Een deel van de nieuwe woningen krijgt een ‘bloemkozijn’ (op de gevel geplaatst raamkozijn), de goten bepalen mede het beeld en de kleuren en de toegepaste materialen passen goed bij de te renoveren woningen. De nieuwe invulling met 24 sociale huurwoningen sluit op deze manier goed aan bij de karakteristieken van de Rode Buurt. De samenhang is daarmee gewaarborgd.
De woningen worden gerenoveerd en gebouwd door HSB Bouw uit Volendam. Zij bouwen de huizen volgens een gestandaardiseerd en efficiënt bouwproces. Het project start naar verwachting met de uitvoering in het eerste kwartaal van 2023. De laatste woningen zijn voor de winter 2025 gereed voor de bewoners. De ‘oude’ bewoners, waarvan er velen elders in Zaandijk vervangende woonruimte hebben gekregen, hebben de mogelijkheid terug te keren naar ‘hun’ Rode Buurt.
Lees ook het verhaal van Gerda Swart uit juli 2021 -opgetekend door Gerrit van den Nieuwendijk- over wonen in de Rode Buurt. Gerda is eigenares van het enige nog in bedrijf zijnde oorspronkelijke Zaandijker buurtwinkeltje ‘De Rode Buurt’.
Bronnen en foto’s:
– Historische Vereniging Koog Zaandijk
– Zaanwiki
– De Orkaan (29 juli 2020, ‘100 jaar Rode Dorp’ door Giljam Klein)
– Parteon
– Hooyschuur Achitecten
– Maquettebouw BY-JOOST.nl
*)
– Karl Marx (1818-1883) was filosoof, historicus en econoom, grondlegger van de sociale wetenschappen en de belangrijkste theoreticus van het socialisme en communisme.
– Goeman Borgesius (1847-1917) was vooraanstaand liberaal politicus, met grote politieke talenten. Als minister van Binnenlandse Zaken bracht hij o.a. de Woningwet en de Gezondheidswet tot stand.
– Ferdinand Domela Nieuwenhuis (1846-1919) wordt gezien als de grondlegger van het socialisme en anarchisme in Nederland.
– Pieter Lodewijk Tak (1849-1907) was een welgestelde links-liberaal die onder invloed van zijn vriend Wibaut en de Fabians overging tot het democratisch-socialisme. P.L. Tak richtte in 1901 de woningbouwvereniging De Dageraad op.
– Aritius Sybrandus Talma (1864-1916) was als minister in het kabinet-Heemskerk één van de grondleggers van de sociale wetgeving in Nederland. De Talma-verzekeringswetten (1913) zorgde ervoor dat verplichte collectieve sociale verzekering het fundament werd van het Nederlandse sociaal stelsel.
**) Het programma De Erfgoed Deal is een samenwerkingsverband tussen de rijksoverheid, gemeenten, provincies en maatschappelijke organisaties, die actief zijn in de ruimtelijke ordening en erfgoedzorg. Het programma zoekt aansprekende voorbeelden van plekken die gaan veranderen en waar sociaal en cultureel erfgoed een rol van betekenis speelt. Na toewijzing van een project draagt het programma financieel bij in de kosten van renovatie en innovatie. Voor renovatie en gedeeltelijk nieuwbouw van de Rode Buurt kende het Rijk € 600.000 toe